2001 moest het jaar van de waarheid worden voor de Nederlandse spurter Jeroen Blijlevens. Het liep echter helemaal anders. Blijlevens werd een beter renner in de klassiekers en andere lastige wedstrijden, maar kwam altijd te kort in de finale. Zoals bijvoorbeeld in de Vierdaagse van Duinkerken toen Blijlevens een fantastische eindsprint bergop verloor van Rous en Jalabert.
"Mensen die verstand van wielrennen hebben, weten dat ik een betere renner ben geworden, maar het grote publiek ziet dat niet. In de tijd dat ik een mindere coureur was, won ik veel koersen. Nu is het omgekeerd." Dat moet in 2002 veranderen. "Je kunt beter een winnende renner zijn dan een beter. In de kleine en grote etappekoersen moet ik opnieuw een sprinter worden. Het heeft voor mij geen enkele zin om wedstrijden als de Amstel Gold Race en Gent-Wevelgem te willen rijden.
Dit jaar heb ik stiekem dezelfde fout gemaakt als vorig jaar door veel bergop te rijden. Die fout zal ik niet nogmaals maken. Maar was het verkeerd om te kijken of er meer in zat dan sprinten? Het was ieder geval hetzelfde. Hetzelfde programma, dezelfde zeges. Ik wilde me verder ontplooien."
In de Grote Rondes in 2001 had Blijlevens zijn blazoen moeten oppoetsen. Hij bakte er niets van, geplaagd door -naar later bleek - de Ziekte van Pfeiffer oftewel klierkoorts. Lotto had geen geduld meer met het verbleekte goudhaantje. ,,Ik maak me geen zorgen. Ik rijd volgend jaar gewoon weer mee. Alleen zal ik moeten presteren voor mijn centen. Aanbiedingen van Bangiroloterij en Collstrop-Palmans legde ik naast me neer. Zij rijden mijn koersen niet." Blijlevens verhuisde uiteindelijk naar Domo.
Tom Vandenbussche