Als Rolf Wolfshohl (Köln, 27-12-2023) bij een sportdag op school in 1953, in tegenstelling tot zijn vrienden, geen oorkonde krijgt uitgereikt, besluit hij uit pure teleurstelling om zijn geluk in het wielrennen te zoeken. In 1956 wordt hij al Kampioen van Duitsland bij de jeugd.
De chef van de wielerbaan van Dortmund, Otto Wederling, wil van hem een nieuwe vedette in het Duitse zesdaagsencircus maken en nodigt hem uit voor een wedstrijd. Rolf vindt het he-lemaal niets en laat de baan links liggen. Hij voelt zich beter thuis in de cyclocross. Tussen 1957 en 1973 behaalt hij twaalf medailles op een WK, waarvan drie gouden. Hij wordt ook veertien keer nationaal kampioen.
Maar de grote ambitie van ‘Le Loup’ ligt op de weg. Hij wordt prof in 1960 en treedt in 1962 nadrukkelijk op de voorgrond. In een koude en regenachtige Luik – Bastenaken – Luik wordt hij in een sprint met twee weliswaar verslagen door Joseph Planckaert, maar de dag erna is Wolfshohl zevende in de Waalse Pijl, wat hem de overwinning in het ‘Ardeens Weekend’ op-levert. Andere mooie overwinningen zijn de G.P. Eibar en de Ronde van de Aude. Hij doet ook een gooi naar de wereldtitel, maar kan de laatste uitval van Jean Stablinski niet meer beantwoorden: vierde.
In 1963 rijdt hij een ijzersterke Milaan – San Remo. Hij ontsnapt met Joseph Groussard in de finale. De Fransman weigert over te nemen, maar ze blijven voorop. Na een prangende eindsprint wordt Wolfshohl eerst tot winnaar uitgeroepen. De fotofinish geeft echter geen uitsluitsel. Na een uur discussiëren door de jury wordt uiteindelijk Groussard tot winnaar uitgeroepen.
Enkele weken later rijdt hij alleen aan de leiding in Parijs – Roubaix. Net voor de wielerbaan wordt hij bijgehaald door een achtervolgend groepje: elfde.
In 1965 stapt hij over naar Mercier en gaat met zijn kopman Raymond Poulidor naar de Ronde van Spanje. Poulidor was de grote favoriet want hij had het jaar voordien gewonnen. In de 8e etappe gaat Wolfshohl als bewaker van een vluchtgroep mee. Ze lopen meer dan dertien minuten uit en Rolf wordt leider. Dit was goed voor Poulidor omdat de zo de druk van zijn schouders werd genomen, volgens Wolfshohl. Als hij in de tiende etappe nog wat voorsprong neemt, geheel tegen de stalorders in, is de stemming te snijden in het Mercier-kamp. Wolfshohl verdedigt zijn positie in het gebergte met verve en Poulidor dringt niet verder aan. Wolfshohl wint de Vuelta, voor Poulidor.
Hij start in totaal negen keer in de Tour de France, waarin hij twee ritten wint. Zijn rol in die van 1968 was opmerkelijk. In het voorjaar heeft hij al Parijs – Nice gewonnen en hij gaat van start als kopman van de Duitse ploeg. Door het niet starten, uitvallen of slecht presteren van vele toppers wordt het een ‘open’ Tour. In de 16e rit is hij mee met de juiste ont-snapping en pakt de gele trui. In de 18e rit demarreert Lucien Aimar. Jan Janssen springt er achter aan. Wolfshohl denkt het verschil in de afdaling te kunnen goed maken maar hij valt en heeft materiaalpech. Hij moet wachten tot Dieter Puschel, samen met Herbert Wilde zijn enig overgebleven ploegmaat, bij hem komt om hem een wiel te geven. Als hij dan de achtervolging inzet is het te laat. Jan Janssen wint de Tour de France. Wolfshohl wordt zesde op drie minuut 46.
In 1973 rijdt hij zijn laatste wedstrijd en wordt voor een jaar ploegleider bij het Duitse Rokado. Hij begint een fietsenwinkel. Hij blijft met de wielersport verbonden door een bestuursfunctie bij de wielervereniging ‘RSC le loup Köln. Van 1995 tot 2000 is hij verbonden aan de organisatie van Rund um Köln.
Zijn zoon Wolf-Dieter gaat ook koersen en komt helaas bij het Duitse Kampioenschap voor amateurs zwaar ten val en breekt een halswervel. Sindsdien heeft hij een dwarslaesie.
Hans Goossens
Van welk staal was deze man toch wel gemaakt om zo lang te kunnen meespelen op het hoogste vlak, zowel in de winter als in de zomer, en in het veld, op de piste, in de bergen, in de spurt, in de klassiekers, in de Grote en in de kleine rittenwedstrijden, in tijdritten, achter derny, in de koersjes in het diepe hart van Frankrijk zowel als op topontmoetingen met deelname van de sterkste wielercracks.
Uit de armoede van het vernietigde Duitsland kroop hij, als levend bewijs op wielen van het Wirtschaftswunder.
Als cyclo-crosser won hij 110 wedstrijden, waaronder 3 wereldtitels en 14 nationale titels. Op het WK cyclo-cross veroverde hij ook 10 X zilver of brons. Het pad van de beheerder is bochtig en altijd vals plat. Je hoeft geen medelijden te h
Wilfried Journée